Moeder Greta

Emiel VAN HEMELDONCK
€14.00
Ship to
*
*
Shipping Method
Name
Estimated Delivery
Price
No shipping options

Year: 1948
Place: Oud-Turnhout
Publisher: Kempische Boekhandel
Printer: Mercurius, Antwerpen
Edition: 1st
Language: NL
Pages: 292
Condition: VG
Cover condition: G
Binding: HC
Series: -
Illustrated: Omslag door Jan WATERSCHOOT.

- HET KEMPISCHE DORP IS door de eeuw en heen een voorbeeld gebleven van natuurlijke samenleving, die haar eersten oorsprong nam in een armelijken grond, waarvan letterlijk met zijn zweet alleen de Kempenaar de vrucht moest winnen tot zijn schamel onderhoud. In hun leven voort niet alleen de verbondenheid met zijn stam en volk, waaruit hij is gesproten, en die, meer dan in andere landstreken, voor den enkeling onmisbaar zijn, doch tevens dat sterke stuk natuur, hetwelk nog immer in de Kempen bewaard is gebleven : de heide, het moeras, het bos, al dat wilde en oerkrachtige, het onberekenbare, dat hem enige part speelt in zijn overigens nederig en kalm vervloeiende bestaan.
Deze tegenstelling in het gemoed van den Kempenaar wordt het zuiverst weerspiegeld in zulke dorpen, waar naast matig leven en harden arbeid vergende cultuur van den oorspronkelijken heidegrond, de echte heide nog in haar grootheid ademt en leeft, en onweerstaanbaar op haar bewoners die vreemde bekoring van haar ongebonden wild-zijn uitoefent.
Zulk een dorp is Vosselaar, gelegen ten Westen van de stad Turnhout, die minder door haar bescheidenheid dan door haar eenvoud uitmunt, ten NoordWesten van het aan landschappen overrijke en als dusdanig ook heinde en ver bekende Kasterlee, oorspronkelijk stammende uit de volle, vrije heide. Een volk is het zonder enigen hoogmoed, met een zachte, tekenende taal, met een kinderlijken zin begaafd voor het leven in gemeenschap, het weten van elkanders wezen en vooral het medeleven met elkander. Dat heeft zijn goede en zijn schaduwkanten. Zulk een « Dorp in de Heide » heeft de schrijver - de roem van dit dorp nu geworden - dan ook reeds van bij den aanvang, toen hij daar lid van die gemeenschap werd, in een schoon tafereel getekend met te verhalen, hoe Geert Verboven, zelfs in zijn huwelijk met Greta Gevers, die Kempische heidenatuur in zijn eigen overigens innemenden persoon niet weet onder te krijgen en aan het strop en verhangen blijft gelijk voorheen. In kermisvieren en plezier maken vindt hij beter zijn weg dan achter den ploeg, en zijn jonge vrouw krijgt het met werken en zorgen weldra hard te verduren. Geert en zijn kameraden ! Hij kan niet zonder, en zij niet zonder hem, tot hij van een feest met een ongeneesbare wonde terugkeert en tot last wordt bij het alreeds zeer zware huishouden van nog kleine kinderen. De zoon Jef wordt weldra moeders steun, maar hem verlokt het kleine tere en schone meisje Dymfna, die uit de provinciestad een vreemde bekoring bracht voor den simpelen Vosselaarsen jongen. Hij verdwijnt met haar, doch Fried, de stroper, brengt hem terug; en bij dat geluk komt ook de terugkeer naar de oude hoeve en ietwat verademing. Tot Geert sterft, en glimlacht in den dood, en Greta voorgoed alleen achterblijft. Daar begint nu het verhaal van « Moeder Greta » die alzo wordt de centrale figuur van « Dorp in de Hei », want niets in de Kempen is er zo schoon als de Kempische moeder.